:: BESPREKINGEN ::
DVDInfo.be >> Bespreking >> REMBRANDT EN IK
REMBRANDT EN IK
Bespreking door: William - Geplaatst op: 2011-05-31
TV-SERIE
In haar vierdelig portret over Rembrandt van Rijn kiest de Nederlandse regisseur en Oscar-winnares Marleen Gorris (Antonia, 1995) voor een chronologische verfilming waarin ze belangrijke scènes uit het leven van de Leidse schilder reconstrueert aan de hand van declaraties van vier vooraanstaande getuigen die hem gedurende langere tijd gekend hebben in Leiden en/of in Amsterdam. Eerder dan een hagiografie wordt Rembrandt en Ik op die manier een boeiende kennismaking met één van de grootste schilders aller tijden vanuit personages die hem boezemvriend, echtgenote, schildersmeester en vader mochten noemen en die zijn goede, maar ook zijn slechte kanten overvloedig aan bod laten komen. Tegelijk leren we de getuigen in kwestie ook beter kennen en brengen ze niet alleen de tijd van Rembrandt, maar ook de sociale en maatschappelijke omgeving waarin hij functioneerde tot leven. Dat het om een eigenzinnige keuze uit het leven van Rembrandt van Rijn gaat mag overigens blijken uit het feit dat Marleen Gorris De Nachtwacht (1639-1642), zijn meeste bekende werk, zo goed als links laat liggen, wat niet betekent dat dit portret niet representatief zou zijn voor Rembrandt, maar Gorris legt het accent anders, meer op de mens achter de schilder dan op de wereldberoemde meester en daarmee maakt ze van Rembrandt en Ik niet alleen een interessante en prachtige, maar tevens een frisse en originele tv-serie: Rembrandt als het ware afgestoft.
 
 
Jan Lievens krijgt de eer om de portrettengalerij te openen. Hij was de zoon van een stoffenhandelaar en borduurder. Al op z’n achtste (1615) nam hij tekenles in Leiden, later bij Pieter Lastman in Amsterdam. Jan en Rembrandt leerden elkaar op straat kennen: Jan zat te tekenen en Rembrandt keek over z’n schouder en zei: het hoofd is te groot! Het gevolg was een gevecht en een jarenlange vriendschap. Rembrandts opmerking was overigens merkwaardig, want als molenaarszoon had hij nog nooit tekenles gehad. Na een bezoek aan Jans atelier besloot hij om ook te gaan schilderen en als jonge knapen spraken ze af om samen naar Engeland te gaan om er hofschilders te worden. Een introductiebrief van Constantijn Huygens, de gecultiveerde secretaris van de Stadhouder van de Hollandse Republiek, leek hun de beste manier tot het doel, maar de opportunistische Jan Lievens en de koppige Rembrandt van Rijn werden uiteindelijk rivalen omdat Huygens ze uitnodigde voor een kleine competitie die Rembrandt overigens probleemloos won.
 
Saskia van Uylenburgh leerde Rembrandt kennen via haar Amsterdamse oom Hendrik Uylenburgh die met de schilder bekend was via het atelier in de Sint Antoniebreestraat in Amsterdam. Ze was op haar twaalfde al wees, werd opgenomen in het gezin van haar oudere zus Hiskje, maar was een buitenbeetje in het strenge Friesland. Kort na 1600 zeilde ze met de schildersleerling Govert Flinck van Leeuwarden naar Amsterdam, al waar ze in 1634 met Rembrandt in het huwelijk trad, maar van hun vier kinderen overleefde alleen de jongste, Titus, de kindertijd. Rembrandts carrière had evenwel de wind in de zeilen, maar het succes compenseerde het verlies niet, ook al was hij nu de bekendste en rijkste schilder uit zijn tijd met een atelier waar iedereen onder het toeziend oog van de meester wilde schilderen. Rembrandt verdiende heel veel geld, maar hij gaf het ook vlotjes uit. De familie verruilde de kamers bij Van Uylenburgh voor een riant woonhuis met atelier, maar daarvoor moest Saskia in Friesland haar erfdeel opvragen. Als de artiest het uiteindelijk wint van de veelverdiener, gaan de bestellingen bij Rembrandt achteruit ten voordele van jongere en moderne schilders. Tot overmaat van ramp overlijdt Saskia aan de pest. Haar familie bedingt dat Rembrandt over haar erfdeel blijvend kan beschikken op voorwaarde dat hij nooit hertrouwt.
 
 
Govert Flinck leren we kennen op het moment dat hij in het pesthuis z’n laatste adem uitblaast. Vier maanden eerder heeft hij het van Rembrandt gewonnen aangaande vier grote doeken voor het Amsterdamse stadhuis op de Dam, waarmee de voormalige leerling z’n oude leermeester voorgoed meent te overklassen als grootste en meest verdienende kunstschilder van Amsterdam. Voor Rembrandt is het verlies van de opdracht een drama, want hij heeft het geld dringend nodig, maar Flinck die ondertussen begrepen heeft dat hij niet zelf vier gigantische doeken kan schilderen op drie jaar tijd (Rembrandt deed 2 jaar over De Nachtwacht), biedt hem één doek aan, zij het in z’n eigen Flinck-stijl en niet in de volgens velen te moeilijke en morsige Rembrandt-stijl. Rembrandt weigert categoriek. Maar ondertussen is Govert Flinck al behoorlijk ziek. Zelf ziet hij dat als een straf voor z’n hoogmoed, omdat hij groter wilde zijn dan de allergrootste. Z’n vrouw had het eerder jaloezie genoemd, wat hij destijds had ontkent. Maar in z’n hart weet Govert Flinck dat zij gelijk heeft omdat hij er met al z’n charme, z’n welsprekendheid en z’n vele belangrijke relaties nooit in geslaagd is om Rembrandts niveau te evenaren.
 
 
Cornelia van Rijn is Rembrandts buitenechtelijke dochter bij Hendrickje Stoffels met wie hij niet in het huwelijk kon treden wegens de beschikkingen omtrent Saskia’s erfdeel. Hendrickje trad bij hem in dienst als dienstmeisje en model en tussen de oudere man en de jonge vrouw bloeide met de tijd een relatie. Maar de vrucht van hun liefde, Cornelia, voelt zich niet bemind door haar vader. Daar hadt ze een verklaring voor: Rembrandt was te veel kinderen kwijtgeraakt in z’n leven en durfde zich niet voor de late nieuwkomer interesseren. Het maakte Cornelia triest en ze deed verwoede pogingen om z’n aandacht te trekken, zelfs als ze daarvoor z’n meest recente model haar huis moest sturen zodat ze zelf model voor hem kon staan voor z’n nieuwste schilderij, want ze wist dat haar vader altijd een speciale band kreeg met z’n modellen. Maar al die moeite had ze zich kunnen besparen, want na de dood van haar moeder en van Rembrandts enige zoon Titus, is ze het enige familielid dat de oude schilder nog heeft. M’n laatste muze, zal hij haar net voor z’n dood toefluisteren.
 

 
Het mag duidelijk zijn dat Rembrandt – net zoals Rubens overigens – geen gemakkelijke man in de omgang was. Hij keek neer op z’n collega’s en concurrenten die voor het gemakkelijke geld kozen en weigerde zich van z’n doel te verwijderen, zelfs op het moment dat z’n onderwerpen en z’n stijl uit de gratie waren en z’n doeken nog nauwelijks in Holland aan de man te brengen waren. Hendrickje Stoffels probeerde het tij nog te keren door samen met Titus een schilderijenhandeltje te beginnen, maar Rembrandts religieuze onderwerpen (o.a. Mozes en de Tafelen der Wet, 1659) vonden maar weinig kopers. Z’n doek De Samenzwering van Claudius Civilis (1661) voor het stadhuis op de Dam (na de dood van Govert Flinck) werd door z’n opdrachtgevers ongeschikt bevonden. Uiteindelijk werd het verkleind door links en rechts een flink stuk weg te knippen en vervolgens in de kelders van het stadhuis gestockeerd. Momenteel hangt deze meesterlijke Rembrandt in het Nationalmuseum in Stockholm. Het zijn anekdotes die Marleen Gorris bij voorkeur in de kijker plaatst om ons een blik te gunnen op het functioneren van Rembrandt in een omgeving die hem niet altijd begreep en die hem evenmin goed gezind was, ook al wist eenieder dat hij sinds de dood van Rubens (1640) de grootste schilder van zijn tijd was.
 
 
Marleen Gorris voert Dragan Bakema (In Therapie, 2010) op als de jonge Rembrandt en deze rasacteur overtuigt als de opvliegende, eigengereide en zelfbewuste jonge schilder die zich door niets of door niemand van zijn doel laat afbrengen. De jonge Rembrandt is ook een flapuit: hij zegt waar het op staat, ook als hij daarmee mensen verdrietig maakt en ze van zich verwijdert. Bovendien heeft hij een zwak voor mooie meisjes en de modellen die vaak halfontkleed modelleren in z’n werkkamer, zijn meestal erg verleidelijk en charmant. Het bezorgt Rembrandt in het preutse Leiden een slechte naam, maar ook in Amsterdam waar hij met Hendrikje Stoffels samenleeft zonder het voornemen om met haar in het huwelijk te treden, is menig medeburger een doorn in het oog. Rembrandt laat het allemaal koud. Hij is alleen geïnteresseerd in z’n kunst en in de inspiratie die hem vanuit een onbekende bron bereikt. Heel opvallend is het feit dat de regisseur voor de oudere Rembrandt afziet van dikke lagen schmink en een aangepaste pruik, maar de rol toevertrouwt aan een ander acteurs. Het is even schrikken, maar Michiel Romeyn (u herkent hem als Max Faber en als Peter Arendszoon de Boesselaere uit Jiskefet, 1990-2010) is de perfecte figuur voor die rol. Rembrandt is z’n wilde haren ondertussen kwijt en heeft zich van de wereld afgekeerd. Z’n glorieperiode in achter de rug en Hendrikje heeft het moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen. Leerlingen heeft de meester al lang niet meer. Ik heb ze niets meer te vertellen, zegt hij bars en knorrig als men hem erop wijst dat ze de kassa laten rinkelen. De jonge snaken leiden hem alleen maar af en om rijkdom is het Rembrandt niet meer te doen. Op een ochtend pauzeert hij even tijdens het schilderen terwijl Cornelia de kwasten schoonmaakt en de rommel opruimt. Als ze opkijkt lijkt hij ingedut, maar het penseel is uit z’n hand op de grond gevallen. Rembrandt is dood.
 
 
BEELD EN GELUID
Van een biografische film over Rembrandt verwacht je uiteraard dat het kleurenpalet de meester alle eer aandoet en dat is precies de keuze die regisseur Marleen Gorris heeft gemaakt: warme, iets donkere tinten met speciale aandacht voor de lichtaanval en heel veel effecten tussen licht en donker. Gezien het om een productie uit 2011 gaat zijn de technische kwaliteit van de productie en van de 2-dvd zo goed als perfect met indrukwekkende zwartniveaus. De muziektrack is melodieus en het voortdurend terugkerend deuntje nestelt zich gemakkelijk in je hoofd. Het Noord-Nederlands van de cast is perfect verstaanbaar, maar voor twijfelaars is er een Nederlands ondertitelingspoor voorzien voor doven en slechthorenden.
 
EXTRA’S
De dvd bevat geen extra’s.
 
CONCLUSIE                              
Rembrandt En Ik van de Nederlandse regisseur Marleen Gorris is beslist de beste biografische film over de schilder die ooit is gemaakt. Ze kiest wellicht bewust voor een andere aanpak dan Peter Greenaway in Nightwatching (2007) en dat resulteert in een productie die de kijker heel veel over Rembrandt vertelt als huisvader, minnaar en zakenman, terwijl ook zijn artistieke kant niet wordt vergeten. Het feit dat Marleen Gorris haar hoofdpersonage vanuit vier verschillende standpunten belicht, maakt deze vierdelige serie nog een stuk interessanter.



cover




Studio: Video Film/Express

Regie: Marleen Gorris
Met: Michiel Romeyn, Bram Van der Heijden, René van Zinnicq Bergman, Victor Löw, Mark Rietman, Reinier Demeijer, Matthijs van de Sande Bakhuyzen, Louis Van Beek, Cees Geel, Mike Reus, Herman Egberts, René van Asten, Lukas Dijkema, Marcel Ott

Film:
8,5/10

Extra's:
0/10

Geluid:
8,5/10

Beeld:
8/10


Regio:
2

Genre:
Historisch

Versie:
Benelux (NL)

Jaar:
2011

Leeftijd:
9

Speelduur:
200 min.

Type DVD:
SS-DL

Barcode:
8713053014710


Beeldformaat:
1.78:1 anamorfisch PAL

Geluid:
Nederlands Dolby Surround 2.0

Ondertitels:
Engels, Nederlands CC
Extra's:
-

Andere recente releases van deze maatschappij